De Belgische Tornado’s lopen al zestien jaar


door Guus Mater

 

Ver voordat de Nederlandse atletiek er maar aan dacht om het Project 400 meter op te zetten, was België daarmee al bezig. De geboorte van de Tornados, de bijnaam van de nationale 4 x 400 meterploeg, is precies aan te geven.

Op 31 mei 2008 verbeterden Kevin en Jonathan Borlée, Cedric Van Branteghem en Kristof Beyens het 27  jaar oude nationale record: 3.02,51. De eerste steen van een stevig bouwwerk was gelegd. Zeven Europese titels, twee wereldkampioenschappen indoor; vierde plaatsen bij het mondiale toernooi outdoor; vierde plaatsen op de Olympische Spelen: 2008, 2016 en 2021. En Kevin Borlée, inmiddels  36 jaar, is er nog steeds bij.

Met de Spelen van Parijs sluit Kevin Borlée zijn atletiekloopbaan af. Al werd hij in 2010 (Barcelona) Europees kampioen op de 400 meter, hij heeft altijd zijn Tornados-werk als hoofdbezigheid beschouwd. Ook de grondlegger, vader Jacques, die trainer en manager van de Tornados was, houdt het voor gezien.

 

Belgisch Congo

Het zat de Belgian Tornados in Parijs niet mee. Europees kampioen Alexander Doom liep in zijn serie van de individuele 400 meter een hamstringblessure op. Dat is uitgerekend de beste man van het huidige kwartet; zijn presentie is onontbeerlijk om een prijs te halen.

Jacques Borlée was zelf een goed atleet. Hij deed mee aan de Olympische Spelen van Moskou (1980) en werd in de kwartfinales 400 meter uitgeschakeld. Zijn beste tijd was 45,4 seconden. Hij is de  coach van vier van de vijf kinderen die hij met ex-atlete Edith de Maertelaere kreeg: Olivia (1986), de tweeling Kevin en Jonathan (1988) en Dylan (1992). De bijnaam Tornados is een typisch Belgische marketing truc. Een sponsor schreef de wedstrijd uit. Daarop kwamen 836 inzendingen.

De vader van de Tornados werd in 1957 geboren in Stanleyville, Belgisch Congo. Zijn vader was gouverneur van de provincie Kivu, een dicht bevolkt agrarisch gebied, dat zich leent voor hoogwaardige landbouw. Na de onafhankelijkheid van Congo vestigde het gezin Borlée zich in Brussel. Zijn tien jaar oudere broer Jean-Pierre nam hem mee naar een atletiekclub.

Voor de Europese kampioenschappen in Amsterdam (2016) bracht de Koninklijke Belgische Atletiek Bond (tegenwoordig Belgian Athletics)  een kleine brochure uit met informatie over de deelnemers. Een kwart van de pagina’s werd besteed aan de Tornados. Een gesprekje met Kevin Borlée verloopt moeizaam. Het moet maar in het Engels, want Nederlands is geen optie en het Frans van zijn gesprekspartner is gebrekkig.

 

Motivatie en doorzettingsvermogen

Toen de Tornados overstapten naar een Vlaamse vereniging, kregen ze er een taalcursus bij. De Franstalige atletiekautoriteiten hadden volgens Borlée niets van topsport begrepen. Na talloze conflicten was Borlée het beu, zei Racing Brussel vaarwel en sloot zich aan bij de bescheiden vereniging Olympic Essenbeek Halle, die opeens een handvol olympische kandidaten rijker was.

Borlée is niet de makkelijkste. Zo zette hij de vroegere jeugdwereldkampioen Jonathan Sacoor buiten de ploeg, omdat die zich te veel verbeeldde. ‘Ik ben wereldkampioen, ik ben er,’ zei Borlée over de houding van het talent. ‘Dat klopt niet. Topniveau is een attitude.’ Later keerde Sacoor teug bij de Tornados.

Hoe veel de Tornados ook gewonnen hebben, olympisch goud was er niet bij. Dat viel toe aan de enige dochter, Olivia, die met Hanna Mariën, Elodie Ouédrago en Kim Gevaert op de 4x 100 meter van Peking (2008) werd onderscheiden. Dat viertal werd niet door Borlée getraind. Ze ontvingen die medaille pas jaren later, nadat een van de loopsters van het winnende Russische kwartet bij een hertest op doping was betrapt.

Jacques Borlée is in te huren als spreker op events. Motivatie en doorzettingsvemogen zijn zijn voornaamste krachten. ‘Pour reussir, il faut y croire et etre discipliné,’ luidt het devies. Zijn lopers hebben dat goed begrepen.