AFZETBALK VERSUS AFZETZONE (deel 1)
Drieluik
Gerommel in de atletiek, want sinds kort heerst serieuze opwinding in de verspringwereld: wel of geen afzetzone? In een driedelige serie gaat baan-atletiek.nl de komende weken uitvoerig in op alle voor- en nadelen. In de eerste bijdrage, van Bert Vreeswijk, een korte inleiding over het hoe en waarom, en hoe coaches en atleten tegen de plannen aankijken.
Vervolgens neemt in deel 2 atletiekkenner René van de Ven ons mee in een elementaire, diepgravende beschouwing over het wezen van verspringen – waarin hij ook zijn licht laat schijnen over geopperde bezwaren tegen en voordelen van een afzetzone.
Tenslotte volgt in aflevering 3 een artikel van Bert Vreeswijk gewijd aan de technische aspecten van het verspringen, met het nodige beeldmateriaal ter ondersteuning.
1: Wat vinden coaches en atleten?
door Bert Vreeswijk
foto’s: Bert Vreeswijk
Inleiding
Sinds Jon Ridgeon, Chief Executive Officer, en dus hoogst leidinggevende binnen World Athletics (WA), enkele weken geleden in een podcast plannen ontvouwde om de spelregels met betrekking tot de verspringdiscipline te ‘vernieuwen’, heeft dit binnen de atletiek wereldwijd veel stof doen opwaaien. De reden dat men binnen WA aan het brainstormen is gegaan, kwam voort uit de bestudeerde database van het wereldkampioenschap in 2023 te Boedapest. Daaruit bleek dat 1/3 van alle verspringpogingen ongeldig werden verklaard. Een doorn in het oog van WA. Men vond dat er een oplossing moest worden gevonden om het aantal foutsprongen tot een minimum terug te brengen, in het belang van de uitstraling van de atletieksport.
Vernieuwing
Zo kwam WA met een innovatief maar ook controversieel idee. In plaats van de 20 cm. brede afzetbalk, waarvan sinds mensenheugenis afgezet moet worden zonder deze te overschrijden, zou deze moeten worden vervangen door een 40 cm. breed afzetvak. Zo zou het aantal foutsprongen tot een minimum kunnen worden beperkt. Het idee is dan vervolgens om de gesprongen afstand te meten van de punt van de schoen waar de atleet zijn/haar afzet maakt tot de landingsplaats in de zandbak.
Dit lijkt een goed alternatief, maar zo eenvoudig is de kwestie niet. Want er kleven aan dit nieuwe voorstel een aantal aspecten waar misschien wat al te makkelijk over wordt gedacht. Bovendien hebben atleten zich jarenlang ingespannen om zich de benodigde skills in het verspringen eigen te maken. Een lichtvaardige beslissing is dan ook het laatste wat men wil. Wij van baan-atletiek.nl proberen te achterhalen wat er bij de atleten en coaches leeft over deze verspringproblematiek, want uiteindelijk moeten zij straks eventueel met deze ‘vernieuwing’ aan de slag.


Jessica Ennis-Hill, olympisch zevenkampkampioene (Londen 2012) raakt de balk niet ‘vol’, waardoor er kostbare centimeters verloren gaan.
Nadine Broersen, wereld-indoorkampioene vijfkamp (Sopot 2014) toont op perfecte wijze haar skills door vol op de balk uit te komen.
Eerste indruk: wat vinden coaches en atleten?
Om een eerste indruk te krijgen zochten wij contact met enkele gereputeerde coaches in Nederland, België, Canada en Finland. Hieronder enkele reacties op de vraagstelling:
‘Is de invoering van een afzetzone in het verspringen gewenst?’
Ronald Vetter
Nederlands succesvolle meerkampbondscoach
‘Met een afzetzone haal je een essentieel deel bij het verspringen weg. De meerkampsters zijn vooralsnog NIET positief. Het voordeel van ‘de afstand krijgen welke de atleet daadwerkelijk springt’ lijkt interessant, maar haalt mijn inziens de spanning van het onderdeel af. De volgende stap die men zo maar zou kunnen maken is het gebruik van een laser op de hoog- en polsstokhoogspringpalen in plaats van een lat, waarbij de laser de gesprongen hoogte meet en met één poging de wedstrijd afgelopen is!’
Wim Vandeven
In het verleden prestatiemanager van het Belgisch Olympisch Interfederaal Comité, atletiekcoach en ex-atletiek bondscoach van België
‘Als men dit gaat doorvoeren verander je de aard van de proef en persoonlijk zie ik er de voordelen niet van in.’
Pia Bryggare
Ervaren atletiek trainer/coach in Finland bij een grote atletiekclub in Lappeenranta
‘Mijn atletes heb ik jarenlang vanaf hun juniorentijd de skills bijgebracht van het verspringen. Voor hen betekent juist de kunst van het uitkomen op de balk de ultieme uitdaging die onlosmakelijk is verbonden met deze discipline. Voor hen maakt dit aspect van het onderdeel het zo boeiend, ik ben er dan ook geen voorstander van.’
Bart Bennema
Voormalig bondscoach van de KNAU en coach van o.a. Dafne Schippers en Nadine Visser. Momenteel werkzaam als bondscoach in België
‘Ja, het is een interessante discussie. Ik voel mij een beetje “ouderwets” en ik leun richting de kant van de afzetbalk. Ik vind dat het leren uitkomen een dimensie is die hoort bij het onderdeel verspringen. Maar dan vraag ik mij tegelijkertijd af of juist de “vernieuwing” niet nodig is voor onze geliefde sport. Ik denk dat de vernieuwing vooral moet komen door het verhaal en de cijfers rondom een onderdeel. Ik denk dat de kijkers en fans graag kijken als ze atleten aan het woord laten tijdens opgenomen video’s in de aanloop naar de wedstrijd. Verder bijzondere statistieken laten zien of verhalen vertellen over dat onderdeel. Ook heb ik het idee dat de nieuwe methode niet iets is waar veel atleten de voorkeur aan geven, ook niet hier in Vlaanderen.
Maar voor de meerkamp zou ik het punt wellicht wel snappen, want die moeten 10 nummers trainen die aandacht van hun vraagt in de training. Maar je haalt ook dan weer de kunst van het uitkomen op de balk weg, iets wat het onderdeel juist zo kenmerkt. En nu even afkloppen, ik heb nog nooit een meerkampster getraind die 3 keer een “nul” heeft gesprongen of geworpen tijdens een meerkamp. Wel slechte afstanden of tijden, maar nooit een NUL. Het uitkomen op de balk is ook in de meerkamp iets wat je voortdurend traint, het gaat daarbij om de consistentie en regelmaat.’
Jan Lips
Canadese trainer/coach (en medewerker van baan-atletiek.nl) met een zeer lange staat van dienst in de atletiek, zowel in Nederland als Canada
‘Afzetbalk versus afzetzone, persoonlijk vind ik voor beide keuzes iets te zeggen. Een deel van de atleten vindt dat het precies uitkomen op de balk een onderdeel is van de kunst/vaardigheid van het verspringen en ik ben het daar persoonlijk wel mee eens. Maar de tragedie bij het maken van drie foutsprongen (speciaal in de meerkamp) maakt je als atleet en toeschouwer niet blij. Daarom is een 40 cm afzetzone bij de meerkamp, die een betere kans geeft op een geldige sprong, zeker te verdedigen. Waar nooit over gesproken is (voor zover ik weet) en wat de kans vergroot op een geldige sprong, is vier pogingen in plaats van drie door te voeren in de meerkamp. Maar dat is weer een ander verhaal.’
Charles van Commenée
Onder andere ex-prestatiemanager van de KNAU en coach van olympisch zevenkampkampioene Denise Lewis (Sydney 2000). Tevens verspring-adviseur van topmeerkampster Anouk Vetter
‘De kunst van het verspringen is voor mij fundamenteel verbonden met accuratesse. Als je over een sloot moet springen moet je ook niet in- of te ver van het water afzetten. De charme van het kijken behelst ook de spanning of de springer wel of niet geldig heeft gesprongen. Die charme verdwijnt ook als je niet direct kan zien of een springer de beste afstand heeft gesprongen. Iemand kan 20 centimeter minder ver in het zand landen en toch de winnende sprong hebben gemaakt. Verder ben ik in algemene zin altijd tegen vergemakkelijking van opdrachten, het neemt de prikkel weg om beter te worden. Het ligt bijvoorbeeld ten grondslag aan de teloorgang van ons onderwijs. Te weinig voldoen aan de gestelde eis? De oplossing: hups de norm naar beneden bijstellen! Met als gevolg dat het middelmaat wordt en de verloedering toeslaat. Tot slot nog, dit onderwerp van afzetbalk/afzetzone is tijdens diverse colleges besproken door internationale topcoaches en niet één is voorstander van het voorstel door de WA! Kortom, persoonlijk zie ik er helemaal niets in.’
Wat Charles van Commenée hier zegt sluit naadloos aan bij wat atletiek/verspringgrootheid Carl Lewis hierover zei: ‘Ik vergelijk de verspringvernieuwing met het groter maken van de basketring bij het basketballen, zodat er bij de nu vaak gemiste vrije worpen meer kans is dat de ballen er makkelijker in gaan.’ Verder zei Lewis nog: ‘Als de skills die nodig zijn om consistent op de afzetbalk uit te komen verdwijnen, zal het verspringen voor altijd veranderen.’
Bovendien
Bovendien nog enkele reacties uit het veld, allereerst van niemand minder dan kersvers nationaal indoor-verspringrecordhoudster Pauline Hondema (6.70). Haar viel de eer te beurt om deel te mogen nemen aan de eerste Try Out test in Düsseldorf in het weekend van 8 en 9 februari jl. Direct na haar ervaring met de vernieuwing liet ze in een interview met de Volkskrant haar persoonlijke mening optekenen.
Pauline Hondema
‘Ik ben tegen dit hele concept. Ik vind het een skill om vanaf die afzetbalk te springen, kortom het hoort bij wat een verspringer moet kunnen, zoals ook een kogelstoter netjes binnen de ring moet blijven of de lat bij het hoogspringen de hoogte bepaalt.’
Fabian Biondina
Won achter meerkamper Jeff Tesselaar (7.43 m.) bij het onlangs gehouden NK indoor met een beste sprong van 7.41 m zilver
‘Een mening heb ik nog niet gevormd. Echter, als je een heel verre sprong hebt en hij is net ongeldig, dan baal je op dat moment natuurlijk enorm. Maar het is ook echt een onderdeel van de sport dat alleen ver springen niet persé genoeg is om te winnen! Je kunt de sprong van je leven maken, maar als je een stuk voor of over de balk zit, heb je er nog niks aan. En dan heb je nog het aspect dat bij de voorgestelde vernieuwing alle recordboeken wel de vuilnisbak in kunnen.’
Reacties?
Indien je wil reageren, doe dat dan op:
https://www.baan-atletiek.nl/reacties